Het was een uur of acht toen het licht uit ging. Maar Metallica moest nog gaan spelen! Zowat verzuipen en wegwaaien op Pinkpop (2014) was écht niet leuk. Maar een sympathieke samenval van factoren kan alles schitterend maken.
Wat is leuk?
Ik houd van zelfgemaakte dingen en ik like ze vaak in mijn tijdlijn. Vooral slim gevonden dingen, waarvan de vorm op een sympathieke manier iets over de inhoud zegt, of andersom. Taarten die lijken op iets anders. Of licht en koperdraad; wat was er ook weer verwonderlijk aan die combinatie? Sinds we elektriciteit hebben niet zo veel, totdat iemand die relatie weer creatief zichtbaar weet te maken in de vorm van een lamp. Of de visitekaartjes van een kunstenares, gemaakt van… cement. Je hebt ‘m meteen: ze is zwaar creatief.
Wanneer is iets leuk? Als vorm en inhoud op zo’n eenvoudige maar slimme manier samenvallen; iedereen heeft wel enig gevoel voor deze sympathieke samenval die nog geen humor hoeft te heten, maar die goed voor glimmende likes in onze ogen.
Geniaal
Wie dit leest is gek. Die is makkelijk. Maar toen was er Meneer Tienoppen, een personage uit vertellingen van Harry Mulisch, die niet kon kiezen bij welke voorbijganger hij het briefje met ‘ik ben gek’ op de rug zou plakken. Hij besloot daarom het briefje maar op zijn eigen rug te plakken. De ogen van voorbijgangers in zijn eigen rug voelen prikken kon ervoor zorgen dat zijn borst bijna plofte van die genoegzame sensatie; zijn eigen genialiteit.* ‘(…) Ik ben de hele wereld de baas en wie nu nog zegt dat ik gek ben, bespot slechts zichzelf.’
Nutteloos
Ook ontwerper en kunstenaar Vincent van der Geest laat vorm en inhoud hoog spel spelen in zijn serie ‘useless objects’. Dingen die doen denken aan bestaande voorwerpen, machines of apparaten, maar het niet zijn. Van der Geest ontwierp ze: mooi, strak, helemaal ‘af’. En te koop. Maar zijn drijfveer was de fascinatie voor het nutteloze: is een nutteloos object dat als kunstwerk op een voetstuk staat nog nutteloos?
Knipogen
Ook kunnen we allemaal lachen als een lucifersdoosje ons vanuit de kast in het décor van The Young Ones weet toe te knipogen terwijl de camera op hem inzoomt: ‘Don’t look at me, I’m irrelevant!’ Wat fijn dat zo’n doosje zichzelf níet zo serieus neemt als een Amsterdamse, zelfuitgeroepen anarchist die een tekst met vergelijkbare strekking in graffiti op een schutting kalkt, maar dit wél ondertekent met zijn eigen tag.
‘Leuk’ ligt op het randje. Overtuigend en comfortabel, maar het is een smal randje. Leuk; dat is, als vorm, inhoud en hun betekenis of associatie daar precíes samenvallen. Maar deze factoren – echt samenvallen doen ze pas bij wie zo’n randje over heeft. Écht leuk wordt het pas wanneer je het ziet.
Kun je iets liken dat eigenlijk helemaal niet leuk is? Tja, soms is het zoeken naar die ‘niet leuk’-knop. Of de button ‘met oprechte deelneming’. Die is er niet. Die zou al snel misbruikt kunnen worden door de grapjas bij de foto’s van zijn ex. Iets liken dat eigenlijk niet leuk is; slecht nieuws, of een foto die voornamelijk zwart is, ja natuurlijk, dat wringt…
Pinkpop 2014
Maandag 9 juni 2014. Het was die hele middag onafgebroken stralend weer en bloedwarm bij ons in het Pinkpopdal. Met de berichten van het thuisfront dat er ‘code oranje’ was afgegeven, konden wij helemaal niets! Er was hier immers geen wolkje te zien. Pas rond half acht werd het wat heiig aan de horizon. Bewolking die zich inderdaad tot een stormfront samenbalde (best mooi!) en duidelijk onze kant op dreef.
Nog even verbleven wij in ontkenning. Maar toen viel het doek al snel. Een stalen gordijn van regen om precies te zijn. En in iedere richting waar je keek leek Mesdag de bliksem te hebben geschilderd. Het Pinkpopterrein werd een verduisterde dome. Een dreigende ramp. …Hier gaan wij, met z’n veertig-duizenden, misschien niet meer uitkomen, dacht ik. En wat was erger, géén regenponcho hebben, of Maaike kwijt zijn..?
Vlak voor de hemel openbrak was Maaike namelijk even gaan kijken of ze in het perscentrum -binnen- misschien een vorkje mee kon prikken. Op het moment dat ik (wij álle veertigduizend, eigenlijk) haar voorbeeld wilde(n) volgen, mochten wij ons -voor onze eigen veiligheid- niet meer over het veld verplaatsten en mocht Maaike ook niet meer naar buiten, helaas.
Metallica
Het wás dus ook helemaal niet leuk meer. Zonder poncho, een veel te kort rokje. De opzij-waaiende slagregen dwong mij in de schamele luwte van een samengeklit groepje festivalgangers. We werden door de crowdcontroler bevolen om op de grond te gaan zitten. Kies maar, op nat asfalt of in lauwe grassoep. Ik bleef zo lang mogelijk staan. …Metallica moest nog gaan spelen. En hoe die man vanaf de stage maar vriendelijk bleef volharden in zijn bewering dat Metallica straks toch écht zou gaan spelen.
Eén van de meisjes uit mijn kleef-aan-kliekje verborg haar medelijden voor mij niet bepaald. Maar ze wist iets troostends tegen me zeggen terwijl ze mij bekeek, zoals ik daar stond in mijn doorweekte jackie, mijn tegen de heupen geplakte strookje rok en druipende, bibberende benen; ze zei: ‘Je hebt in elk geval gave oorbellen.’ Het klonk als ‘Kindje, waar is je mama? Kom, we gaan haar zoeken’. Iedereen die op dat moment tegen mij had gepraat, zou zo hebben geklonken.
Het medium en de boodschap
Als alles wat ik ooit ge-smst heb gekregen rechtsgeldig was geweest, dan zou ik met terugwerkende kracht mijn gelijk gaan halen. Maar een spoed-sms leek mij niet minder dan gepast op dit momentum. Het beperkt aantal tekens van een bericht en de vluchtigheid van het medium waren geen enkele issue ten aanzien van de boodschap, toen ik – overtuigd van mijn laatste uur, in een flits veertigduizend man gelift zag worden als huizen in een windhoos, audiorecks als eierdozen door de lucht zag zeilen, lichtmasten als regenwoud-bomen neer zag zijgen – mijn testament naar mijn zusje wilde sms-en.
Maar er was geen bereik.
***
…De taarten, de lampen, de visitekaartjes, en aan de andere kant van het creatieve spectrum meneer Tienoppen met dat briefje op zijn rug… De sublieme combinatie van factoren prikkelt je lach en laat de like in je ogen glimmen.
Maar kan iets dat écht niet leuk meer was dan tóch nog leuk worden, dan? Dat kan! Al was het maar omdat… mét de neerzijgende zuilen, langszeilende audiorecks en festivalgangers en-masse gecentrifugeerd tegen een panorama van zwarte lucht – herstel; omdat… mét dat ik na afloop van de storm zowaar een droge stretchbroek uit mijn schoudertasje toverde, en mét de bemachtigde poncho zich het geheim ontvouwde dat deze niet alleen werkte tegen regen maar ook tegen kou en Maaike en ik elkaar -teruggevonden- in de armen vielen: Metallica nog steeds moest gaan spelen!
Samenval
‘Later kunnen we erom lachen’, en dat deden wij, toen Maaike, een jaar later op Pinkpop werd geïnterviewd door BNR, omdat de verslaggever haar al panisch met een poncho in de weer zag gaan bij twee schamele druppels regen. Maar in het grimmige momentum dat ik die foto maakte van de inktzwarte lucht – een angstig en toch verwachtingsvolle moment – Metallica moest nog gaan spelen… ontsproot aan het beklemde brein van de ten dode opgeschrevene ook het enig denkbare onderschrift: Exit light. Enter night!
***
[ *uit: De Mulisch Mythe, Bax 2015, blz. 75-76. ]